Ontstaan van De Wijers
De Wijers: een landschap gemaakt door de mens
De Wijers is niet zomaar een natuurgebied: het is een echt cultuurlandschap. Eeuwenlang legden mensen hier vijvers aan voor de viskweek. Het woord ‘wijer’ betekent dan ook ‘visvijver’ in het oud-Nederlands.
Hoewel er ook natuurlijke vennen, poelen en grote waterpartijen zijn, is de overgrote meerderheid van de vijvers in De Wijers het resultaat van menselijk werk, diep verweven met onze geschiedenis.
Afhellend Kempens Plateau
De ligging van De Wijers is geen toeval. Het gebied bevindt zich op de overgang van het Kempens Plateau naar de Demervallei. De lichtjes afhellende bodem bestaat hier uit zand, leem, grind en klei — precies wat je nodig hebt voor het vasthouden van water. Dankzij een ijzerhoudende, waterdichte laag in de bodem komt het regenwater op bepaalde plekken vanzelf terug naar boven: ideaal voor het ontstaan van vennen en vijvers.
Al meer dan 11.000 jaar zijn mens en landschap hier met elkaar verweven. Vanaf 6000 jaar geleden begon de mens bossen te kappen en heide aan te leggen. De unieke bodem en waterhuishouding maakten het gebied tot een perfecte plek voor viskweek én veenvorming.

18de eeuwse kaart van de visrechten van de abdij van Herckenrode
Viskweek door kloosters en kastelen
De karper is de ster van de vijvers in De Wijers. Oorspronkelijk komt deze vis uit Azië, waar hij duizenden jaren geleden al werd gekweekt op rijstvelden. Via Oost-Europa en de Donau vond de karper zijn weg naar onze streken. Vanaf de 13de eeuw duiken er archeologische sporen op van karpers in onze regio. Het zijn vooral monniken en adellijke families die de vis hier beginnen kweken.
Vooral de abdij van Herkenrode speelde een grote rol. Al in 1218 kregen de zusters het visrecht op de Demer. Rond de abdij werden vijvers aangelegd, en op oude kaarten zien we er in de 17e eeuw al een tiental. De monniken lieten hun vis zelfs een paar dagen ‘uitmodderen’ in een zogenaamde ‘savour’ - een vijver om de vis te zuiveren - zodat die lekkerder smaakte.
Vroeger werd er op tal van dagen geen vlees gegeten, maar vis mocht wel. Voor kloosterlingen was vis niet alleen voedzaam, maar ook een symbool van eenvoud en zuiverheid. Niet alleen kloosters, maar ook kastelen en baronieën lieten vijvers aanleggen. In oude registers vanaf de 15de eeuw duiken vijvers op als belangrijke eigendommen. Vaak kregen ze specifieke namen en dienden ze als herkenningspunt in het landschap.
Meer lezen over de rol van de abdijen en kloosters op het landschap van De Wijers
Verschillende oorsprong
Niet alle vijvers in het uitgestrekte gebied van De Wijers zijn even oud. Ze hebben vaak zelfs een andere oorsprong. De oudste visvijvers dateren uit de 15de eeuw en liggen in De Maten in Genk. De visvijvers in natuurreservaat de Dauteweyers in Diepenbeek zijn pas in de 18de eeuw ontstaan en werden eerst gebruikt voor de ontginning van ijzererts. De vijvers in domein Terlaemen in Heusden-Zolder werden voor het eerst als visvijver gebruikt in 1880. Daarvoor werden ze gebruikt voor veenwinning. De grootste groei van het aantal vijvers vond plaats in de 19de en 20ste eeuw, onder invloed van de Zonhovense viskwekers die het kweken tot een economische activiteit maakten.

Vis wordt handel: het begin van echte kwekerijen
Rond 1865 richtte Antoon Bijnens in Zonhoven de eerste officiële viskwekerij op: La Pisciculture Limbourgeoise. Wat begon als kleinschalige kweek, groeide uit tot een heuse economische activiteit, tot ver over de grenzen. Na zijn dood nam zijn weduwe Victoria Eleonora Bellefroid het bedrijf over. Andere families volgden hun voorbeeld en tegen het einde van de 19de eeuw waren er meerdere succesvolle kwekerijen in De Wijers.
De bloei van de viskweek kende verschillende oorzaken. Door de landbouwcrisis rond 1900 daalde de waarde van klassieke landbouwproducten. Vis bleek een winstgevend alternatief. De Zonhovense kwekers namen deel aan internationale landbouwtentoonstellingen en vielen in de prijzen.
Daarnaast zorgde de opkomst van de steenkoolmijnen voor verandering. Veel landbouwgrond kwam vrij en werd opgekocht door viskwekers. De aanleg van vijvers gebeurde toen nog volledig met de hand — een zwaar karwei!
Ook watervervuiling speelde een rol. Toen rivieren zoals de Demer vervuild raakten, werd het moeilijk om er vis te vangen. De oplossing? Vis kopen bij kwekers om opnieuw uit te zetten in het wild.

Vijvers in de 20e eeuw
Na de Tweede Wereldoorlog kwam de hengelsport op. De vraag naar vis steeg, en viskwekers breidden hun activiteiten uit. In de jaren ’60 en ’70 verkochten de mijnen massaal landbouwgronden, die door viskwekers werden omgevormd tot vijvers — dit keer met moderne graafmachines.
Zo veranderde vooral het westelijk deel van Zonhoven in een uitgestrekt vijvergebied. De Wijers, zoals we ze vandaag kennen, waren geboren. Dankzij het unieke karakter en de rijke biodiversiteit kreeg het gebied een sterke natuurstatus: Vogelrichtlijngebied, Habitatrichtlijngebied én deel van Natura 2000.
Hoe werden de vijvers aangelegd?
De technieken om vijvers aan te leggen en te beheren zijn door de eeuwen heen doorgegeven en verbeterd. Van eenvoudige dammen en houten afwateringen tot complexe systemen met zouwen, bypasses en monnikenconstructies: het is een prachtig voorbeeld van hoe mensen en natuur samen een landschap kunnen vormen.
De vijvers werden in de beekvalleien aangelegd volgens een ingenieus systeem met dijken. Instromend water werd opgehouden door een dijk, waardoor een diepere vijver ontstond die geschikt was voor viskweek. De waterstand werd gecontroleerd door op- en aflaten. Stroomafwaarts werd een volgende vijver afgedamd, waardoor men een snoer van vijvers kreeg.
Later maakte men vijvers met aan alle vier de kanten een dijk, om meer vis te kunnen kweken. De ene wijer liep over in de andere en na verloop van tijd ontstond er een vijvercomplex van verschillende vijvers.
.png)
In Vlaanderen zijn nog andere vijvergebieden, maar nergens zijn ze zo talrijk, zo oud en zo goed bewaard als in De Wijers. Wat het extra bijzonder maakt? Hier zijn nog sporen zichtbaar van alle fasen van vijverbeheer, van de middeleeuwen tot vandaag. Een uniek erfgoed van water, vis en vakmanschap – gevormd door generaties mensen die hun stempel op dit landschap drukten.
Tijdlijn: het ontstaan van het land van 1001 vijvers